Ik ben niet bang
A./W. ten/de Brinke/Weerd
Simon is bang!
Bang voor de hond van de buren.
Maar als Simon voor mama een brief gaat posten, moet hij langs Castor.
Castor blaft zo hard! Hij heeft scherpe tanden en grote poten.
Als Simon weer thuis is, tekent hij allemaal enge beesten.
Maar...