Puriteinen vallen op door hun diepe respect voor de Bijbel als Woord van God. Hun eigenheid is dat ze de boodschap van de Schrift toepassen op het hart en het leven van mensen. In het licht daarvan leggen ze grote nadruk op zowel de lezing als de verkondiging van het Woord. Daarom geloven ze stellig dat een door de Heilige Geest gezegende prediking fundamenteel is voor het ontstaan en de opbloei van geestelijk leven. Het gaat dus in alle opzichten om een op de Schrift georiënteerd leven. Puriteinen tillen zwaar aan de zonde. De reden hiervan is hun hoge opvatting over God. In het licht van de verheven God is het kwaad van de mens ernstig en daarom is Gods genade zo wonderlijk. Volgens de puriteinen moeten wij mensen wakker worden geschud voor de realiteit van de zonde. Tegelijk waarschuwen ze ook gelovigen heel concreet voor de verleiding van het kwaad, want dit legt een sluier over het christenleven. Hoewel ze geloven dat elke christen verlost is van de overheersing van de zonde, is deze nog steeds aanwezig. Daarom is groeiende zondekennis nodig om steeds meer de rijkdom van Christus’ volbrachte werk te ontdekken. Puriteinen hebben de geestelijke concentratie op Christus sterk bevorderd door de verschillende onderdelen van Zijn Persoon en werk in de prediking en allerlei meditatieve geschriften aan de orde te stellen. Prominent op dit terrein is Isaac Ambrosius en zijn ”Het zien op Jezus” (”Looking Unto Jesus”). Verder gaan puriteinen uitvoerig in op de gemeenschap met Christus, zoals John Owen doet in zijn ”Gemeenschap met God” (”Communion with God”). Ambrosius, Owen en anderen benadrukken deze noties omdat ze ervan overtuigd zijn dat de concentratie op Christus vrede, liefde, dankbaarheid en lofprijzing stimuleert en daarom uiterst bevorderlijk is voor een gezond en aantrekkelijk christenleven. Heiligheid Behalve de rechtvaardiging gaan puriteinen ook uitvoerig in op de noodzaak van heiligheid. Een eenzijdig accent op rechtvaardiging leidt volgens hen namelijk tot een verwaarlozing van de roeping tot een heilig leven. Daarom benadrukken ze Gods dubbele genade: Hij geeft een nieuwe relatie met Hem en tegelijk een nieuw leven. Daarin krijgt de voortgaande afsterving van de zonde grote aandacht, zoals in Owens bekende geschrift ”Als zonde mij omringt” (”The Mortification of Sin”), maar ook allerlei concrete aspecten van het christen-zijn. De puriteinse pastorale benadering gaat samen met psychologisch inzicht van een eigen soort. Een hoogtepunt hiervan is Owens analyse van de inwonende zonde in het hart van de gelovigen. Deze kan in combinatie met satanische en wereldse verleidingen gevaarlijk oprukken. Owen beschrijft deze werkelijkheid zo uitvoerig om gelovigen alert te maken, hen op Christus te richten en tegelijk op het gebruik van de genademiddelen van Bijbellezen, kerkgang en gebed. Psychologisch inzicht wordt ook ingezet om in situaties van geestelijke moedeloosheid aandacht te vragen voor tevredenheid en volharding. Zo is Bunyans klassieker ”The Pilgrim’s Progress” vooral een boek over geloofsvolharding. Twee uitspraken Ik eindig met twee prikkelende uitspraken uit het boek. De eerste is een citaat van de puriteinenkenner J.I. Packer: „De puriteinen waren het sterkst, juist waar protestanten vandaag de dag het zwakst zijn.” Daarmee bedoelt hij de ze de kernen van het geloof pastoraal uitwerken. De tweede uitspraak: „Ik vraag me soms af wat er zou gebeuren als christenen een kwartier per dag zouden besteden aan het lezen van puriteinse geschriften. (…) Zou het leiden tot een wereldwijde opwekking?” Hoewel de Nederlandse vertaling frisser en vloeiender had kunnen zijn, is dit boek een prima kennismaking met de puriteinse geestelijke wereld.