Door Drs. I.A. Kole in Reformatorische Omroep op 19-08-2016
Ds. Johannes Teellinck (1623-1674), jongste zoon van ds. Willem Teellinck, ging in het voetspoor van zijn vader: toespitsing op de praktijk van het christelijke leven (=de heiligmaking).
Eén van zijn preken is bewaard gebleven en wordt nu hertaald uitgegeven, volgens de oorspronkelijke druk van 1661. Teellinck was toen predikant in Kampen en houdt deze preek in Vianen en niet in Utrecht, waar hij als predikant gestaan heeft. Hij moest weg uit de stad en de provincie, omdat de gemeenteraad meende dat hij te vrijmoedig richting het beleid van de overheid zou zijn( gezag in diskrediet, gevaar van oproer). Hij heeft geen afscheidsdienst in Utrecht gehouden . Dat doet hij in Vianen n.a.v.: Psalm 119:50 ‘Uw toezegging heeft mij levend gemaakt’. T. preekt over: De geestelijke dorheid van Gods kinderen. Grote nadruk legt hij op Gods beloften als het medicijn bij uitstek om de dorheid te verdrijven. Wanneer men Gods beloften door het geloof op de juiste wijze toe-eigent, kan men niet langer geestelijk dor blijven, maar zal men herleven (13).
Iedereen was niet bedroefd dat T. uit Utrecht weg moest. Toen men hoorde dat hij in Vianen zou preken, beweren tegenstanders van T., dat hij preekte over Psalm 119: 56 ‘Dat is mij geschied omdat ik Uw bevelen bewaard heb’. Hierdoor ontstaat het praatje dat T. zichzelf vanwege zijn verbanning tot een martelaar van Gods zaak had uitgeroepen. Dat gerucht wilde T. krachtig tegenspreken en daarom heeft T. de preek in uitgewerkte vorm uitgegeven volgens de regels van de kerkorde. De preek is langer en qua taalgebruik minder spreektaal.
Opbouw van de preek: Inleiding (29).Uitleg van de tekst(31-37)).’Om de tekst goed te begrijpen moeten we over twee dingen iets meer zeggen: over de levendmaking en over Gods toezegging (32). Het praktisch onderwijs in de tekst (38-41). Toepassing van het onderwijs (1)-Hoe het komt dat velen geestelijk dood of ingezonken zijn (42-58). ‘Zo hebben we gezien hoe weinig mensen er onder ons zijn die Gods beloften op een goede manier door het geloof op zichzelf toepassen. Daarom is het ook helemaal geen wonder dat er zo weinig geestelijk leven onder ons bespeurd wordt’ (58). Toepassing van het onderwijs (2)-Aansporing en bemoediging om zich Gods beloften toe te eigenen (59-91).
Leent zich goed voor de stille tijd, dagafsluiting, door een gedeelte te lezen bij het begin van een (kerkenraads)vergadering e.a.
Van harte aanbevolen.
Deze website maakt gebruik van cookies die noodzakelijk zijn voor de juiste werking van de site. Voor het meten van bezoekgegevens wordt gebruik gemaakt van geanonimiseerde analytische cookies. Meer info