Duncan betwijfelde dikwijls, in tijden van neerslachtigheid, zijn aandeel aan Christus. Dan kon hij niet preken en vroeg hij zelfs eens een collega of die voor hem in wilde vallen. Op de kansel viel alle depressie en twijfel meestal weg.
Vooral bij de bediening van het Heilig Avondmaal hief de Heere hem soms tot grote geestelijke hoogten op. Zijn avondmaalspreken en -toespraken zijn dan ook het lezen meer dan waard. Onlangs verscheen van hem het boekje De nodiging van de grote Gastheer in het Nederlands, met zes van die toespraken, vóór en ná de bediening. Daarin staat onder andere: 'Wie zit er aan het hóófd van deze tafel? De Zoon van God, Die Zich niet schaamt ons broeders te noemen'. En wie zijn het die met Hem aanzitten? 'Deze ontvangt de zondaars en eet met hen'. Daarna werkt Duncan deze tegenstelling vol verwondering uit. Zo was de 'rabbi': een 'arme Jozef' met een rijke Zaligmaker.
Deze website maakt gebruik van cookies die noodzakelijk zijn voor de juiste werking van de site. Voor het meten van bezoekgegevens wordt gebruik gemaakt van geanonimiseerde analytische cookies. Meer info