Hij spoort er toe aan, dat het aardse ons op doortocht door dit leven koud zou laten (blz. 282). In vijftien hoofdstukken, die erg van lengte verschillen, heeft Winslow het leven van Jozef behandeld. Het gaat dus over Genesis 41 tot en met 47, waarbij opgemerkt moet worden dat de laatste hoofdstukken meer Jakob belichten. Wie nieuwsgierig is naar details over Egypte tijdens Jozefs regering, late het boek liggen. Wie begerig is naar onderwijs over Christus als de meerdere Jozef, zal veel onderwijs en vermaak in deze Bijbellezingen vinden. Bijzonder hoofdstuk 9 is een bron van de liefde en uitnemende schoonheid van Christus en de schatten van Zijn bediening. Zowel de verzoening als de vernieuwing lopen als een rode draad door het boek heen. Hoewel Winslow de lezer als waar gelovige aanspreekt, is er allerminst sprake van algemene verzoening (blz. 18). Niet alleen de verzekerden, ook de minder geoefenden in de genade onderwijst hij (blz. 57), wel met aansporing tot meerdere kennis. Zonder de Geest Die vernieuwt, baat ons dit alles niets, vanwege onze diepe verdorvenheid (blz. 137). Onze ziel tekent hij als één grote hunkerende leegte die roept om brood (blz. 20). De Geest overtuigt om als een verlorene tot de meerdere Jozef te gaan.
Opmerkelijk hoe deze Bijbellezingen overeenstemmen met wat onder ons altijd geleerd is. Winslow preekt vanuit Gods eeuwig welbehagen (blz. 32). Een enkele keer roept de toepassing wat vragen op. Zo wordt de toewijzing van Gosen aan Jakob vergeleken met de plaats van de hemelse rust. Het boek is gemakkelijk leesbaar en er worden vele mooie hymnen met vertaling aan toegevoegd. Voor mijn gevoel past de verheven en tere inhoud niet altijd met het soms wat te vlotte taalgebruik en Schriftgebruik. De uitgever heeft voor een passende, eigentijdse uitgave gezorgd, die alleszins de moeite waard is om gelezen en overdacht te worden.