Uitgeverij De Banier brengt een Bijbels dagboek van ds. Lamain op de markt: ”Een begeerlijke rijkdom”. Het boek begint op 1 januari met een overdenking van Psalm 93:1a: ‘De HEERE regeert’. De oude pastor mijmert over het oude jaar met al zijn wederwaardigheden, ‘vreugde en verdriet, maar ook met schuld en zonde’. Wat voorbij is, komt niet meer terug, ‘dan alleen in de dag der eeuwigheid’. Het was donker op aarde geworden (in zijn tijd al!).
Ds. Lamain zag veel zot geklap en ijdel vermaak, zelfvoldaanheid en harde harten. ‘En toch... hoe nachtelijk donker het is vanwege onze zonde en schuld, er zal tot aan het einde van de wereld een overblijfsel zijn naar de verkiezing der genade! Daar zullen wij niet voor zorgen, maar daar zorgt God Zelf voor naar Zijn eeuwige raad en naar Zijn voornemen. De HEERE regeert’.
Het dagboek sluit het jaar af met een meditatie over Openbaring 22:20a: ‘Die deze dingen getuigt, zegt: Ja, Ik kom haastelijk’. ‘Dat God ons eens aan een eind bracht met onszelf. Dan zullen wij leren dat Christus de Alpha en de Omega is, de Eerste en de Laatste. Als we aan een eind gebracht worden met onszelf, willen we niet meer naar het begin terug’.
Tussen 1 januari en 31 december wordt van dag tot dag voortgemijmerd over de gangen van Gods Kerk, de macht van de driehoofdige vijand, de twistingen van Gods Geest, het Goddelijk recht waaraan moet worden voldaan en over een volk dat met zichzelf niet meer blij kan zijn, maar dat alles vindt in Hem, Die reinigt en heiligt en van de smet der zonde wast in Zijn dierbaar bloed.
Meestal heeft ds. Lamain wel een woordje voor tobbers en zuchters, voor ‘bedrukte en uitziende zielen’, die moeten wanhopen aan zichzelf, ‘opdat Christus door het geloof in hun harten wone, om daar ten onder te brengen alles wat zich in hen verheft tegen de weg van vrije genade’.
Dit is een prachtig dagboek! Ds. Lamain zou het zelf benoemen als ‘een handvol geitenhaar’.