Door Anne-Minke Hakvoort in Reformatorisch Dagblad op 26-02-2018
Loïs is een levenslustige jonge meid die droomt van een eigen atelier om te schilderen en te tekenen. Ze heeft een leuke vriend vanuit de opleiding, maar meer dan vriendschap wordt het niet. Michel is ongelovig. Door de gesprekken met haar gaat hij op zoek naar God. Haar moeder, die al meer dan zestien jaar alleen voor de opvoeding staat, krijgt een nieuwe vriend. Daar heeft Loïs ontzettend veel moeite mee. Wanneer ze vervolgens aangerand wordt door een vreemde, enge man, stort ze in. Haar verleden moet verwerkt worden voordat ze toe is aan een hechte relatie.
”Laat los, Loïs” is een zelfstandig te lezen vervolg op ”Blijf niet omzien”. In deze roman volgt de lezer het leven van Loïs, die worstelt met moeilijke leerprocessen op haar weg naar de volwassenheid. Niet alleen moet ze haar moeder gaan delen met een compleet vreemde man, ook moet ze zich leren openstellen voor een echte vriend. De gesprekken met Michel gaan veel over het geloof, in de tale Kanaäns. Jongelui van vandaag praten onderling op een meer hedendaagse manier over geloofszaken. Hierdoor komen de gesprekken met Michel soms heel bevreemdend over, vooral voor lezers die geen reformatorische achtergrond hebben. Voor een jongen uit een onkerkelijk milieu gebruikt hij woorden en uitdrukkingen die niet bij hem passen, wat overigens niets afdoet aan het wonder van zijn bekering. ”Laat los, Loïs” laat iets zien van de strijd waar een jongvolwassene door de gebrokenheid van het leven mee te maken kan krijgen.
Deze website maakt gebruik van cookies die noodzakelijk zijn voor de juiste werking van de site. Voor het meten van bezoekgegevens wordt gebruik gemaakt van geanonimiseerde analytische cookies. Meer info