De SGP heeft een studie laten uitvoeren over het begrip tolerantie. Dat zou je opmerkelijk kunnen noemen. Want deze politieke partij staat bekend als een aanhanger van de theocratie. Velen denken dan aan een tegenstelling met de democratie. Daarom spreekt de SGP tegenwoordig ook niet meer officieel over theocratie maar over bijbels genormeerde Politiek.
Ondertussen blijft de spanning bestaan tussen bijbelse, christelijke normen en waarden en moderne liberale, seculiere normen en waarden. In de politiek leidt dit tot conflicterende standpunten, en zijn compromissen noodzakelijk om tot besluiten te komen.
Hoe sta je als christen in de politiek? Want de vragen waar de SGP mee worstelt, raken ook christenen die in andere politieke partijen actief zijn. Sluit je over van alles en nog wat op een pragmatische wijze compromissen, of lijd je pijn aan besluiten die strijdig zijn met wat de Bijbel je leert en waartoe de Bijbel je motiveert? Tolerantie impliceert het lijden van pijn. En daarover gaat de studie van dr. Maarten Kater. Hij gaat ervan uit dat onze moderne, liberale democratie God nodig heeft. Maar God is niet zo liberaal of democratisch als velen graag zouden zien dat Hij is. In zijn studie Tolerantie in balans vermeldt Kater dit dilemma helemaal aan het eind. Het is voor hem leidend geweest bij het schrijven van zijn
laatste hoofdstuk, dat de contouren van tolerantie vanuit het perspectief van de SGP bespreekt.
Tolerantie is een lastig begrip. Een verwarrend begrip ook. Je kunt mensen ontmoeten die van zichzelf zeggen, dat ze tolerant, ruimdenkend zijn: alles moet kunnen. Als je daar dan tegenin brengt dat niet alles
kan, blijkt die ander ineens intolerant te zijn: jouw mening past niet in de publieke sfeer. Kater beantwoord
de vraag welke ruimte er is binnen door de Bijbel genormeerde politiek voor het beoefenen van tolerantie
Want daar is een christelijke partij wel toe geroepen. Mooi is dat hij stelt dat tolerantie niet mogelijk is
zonder vervulling van het dubbel liefdegebod: God liefhebben en de naaste. Christus heeft het tegenspreken van zondaren verdragen, het kruis gedragen en de schande veracht. De mensen waren van zijn liefde toen niet gediend, en dat is vandaag niet anders. Toch hebben christenen geen ander spoor te gaan dan dit spoor van de navolging. Tolerantie zal daarom in dit opzicht kruisvormig zijn. Slechts dan kun je de ander verdragen, ondanks dat je zijn overtuiging hartgrondig afwijst. Want dat is eigen aan tolerantie. Dat betekent bijvoorbeeld dat je je niet mag verzetten tegen de bouw van een moskee. Moslims horen erbij en
hebben net als christenen hun rechten. Kater gaat er vanuit dat je wel de pijn zult ervaren: je moet iets verdragen dat je eigenlijk niet verdragen kunt. Hij accepteert dat je door compromissen te sluiten met vuile handen naar huis gaat, maar met pijn in het hart, dat wel. De overeenkomst tussen echte tolerantie als een verdragen van wat je eigenlijk niet verdragen kunt en het sluiten van een compromis, is dat je genoegen
neemt of moet nemen met minder dan volledige gehoorzaamheid aan het gebod van God. Dat is vaak eigen
aan de gebrokenheid van ons bestaan in een wereld, waarin de zonde zijn intrede heeft gedaan.
Interessant is hoe Kater het aspect van de identiteit inbrengt. Tolerantie confronteert je met je eigen identiteit. Als je niemand bent, kun je de ander niet verdragen. Je hebt een sterke persoonlijke identiteit nodig om werkelijk tolerant te kunnen zijn.
Iedere identiteit die we aannemen buiten Christus om is een sta-in-de-weg voor het beoefenen van tolerantie. ‘Ik leef, maar niet meer ik, maar Christus leeft in mij” (Galaten 2:20). Alleen zo vormt onze identiteit onze draagkracht en ontvangen we geestelijk uithoudingsvermogen.
Die identiteit is belangrijk om de grenzen te bewaken, ook naar binnen toe. Kater wijst erop dat groepsdenken niet de dienst mag gaan uitmaken, of een streven naar “ik ben heiliger dan jij”, dan wel de dingen doen of laten, spreken of zwijgen om erbij te horen en mee te tellen. Want dan is de vraag: waar horen we eigenlijk bij? Het antwoord luidt: bij het gilde van de toneelspelers. Een christen is geroepen te staan in de vrijheid. Dit betekent dat je te maken kunt krijgen met een verachtelijke blik. Dat zij zo, stelt Kater, dat is juist waar het bij de oefening om te tolereren om gaat: verdragen wat je pijn doet. Kater schreef een belangwekkende studie, die zeker een verrijking betekent voor het denken van
christenen over tolerantie.